De strip Jan, Jans en de kinderen is bedacht en oorspronkelijk getekend door Jan Kruis (1933-2017). De allereerste Jan, Jans en de kinderen-strip verscheen op 12 december 1970 in Libelle. Centraal in de strip staan de dagelijkse belevenissen van de fictieve Nederlandse familie Tromp en hun huisdieren. De strip werd snel bekend en inmiddels zijn er vele generaties mee opgegroeid. In 1999 werd de strip na bijna 30 jaar overgedragen aan Studio Jan Kruis, met diverse tekenaars en schrijvers.

Een persoonlijk verslag over mijn samenwerking met Jan, Jans en de kinderen.

De Jans (2013)

 


De Jans (2014)

 

De Jans (2015)

“Zodra hij zijn eerste potlood in handen kreeg, begon hij al vormen te tekenen,” zei mijn moeder eens. Ik kan me nog herinneren dat ik striptekenaar wilde worden; mijn eerst spreekbeurt hield ik over Donald Duck en mijn eerste ‘baantje’ was tekenaar voor de dierenwinkel in het plaatselijke winkelcentrum. Toen zat ik nog op de basisschool!

Als kind had ik veel interesse in Jan, Jans en de kinderen. Ik had een verzamelbundel van de eerste vijf albums, een tweedehands exemplaar van vóór mijn tijd waarin met balpen een onbekende naam geschreven stond. En daarnaast nog een of twee losse albums. Ik heb ze eindeloos gelezen. Op vakantie, op woensdagmiddagen, als ik ziek was, telkens opnieuw. Het fascineerde mij om te zien hoe de familie Tromp in de eerste strips er nog anders uitzag. En ik bedacht me hoe bijzonder de wereld er vroeger moet hebben uitgezien: alles in gezellige oranje- en bruintinten, zware ribstoffen, wijde pijpen en lange haren. Op de achterkant van elk album stond steeds een andere foto van tekenaar Jan Kruis.

Onze buurvrouw was geabonneerd op de Libelle. Zo kregen we regelmatig haar uitgelezen nummers in de bus en bleef ik wekelijks op de hoogte van de recente avonturen van de familie Tromp.

Jans, de moeder in het gezin, maakte in de strips van Jan Kruis een evolutie door van traditionele huisvrouw tot moderne moeder. Ze heeft een tijdje een politieke carrière nagestreefd met een partij uitsluitend voor vrouwen.

Eind 2012 kreeg ik een actueel album van Jan, Jans en de kinderen onder ogen. Behalve een andere tekenstijl zag ik dat Jans onder Studio Jan Kruis een wat uitgebluste indruk maakte. Voorheen ging ze in een krachtige trenchcoat op elegante hakken naar haar werk en streed ze voor onafhankelijkheid. Nu zag ik haar voornamelijk in een trainingsbroek de was opvouwen. Waar was die geëngageerde vrouw gebleven, die heel Nederland als vriendin, buurvrouw of collega wilde hebben? Is ze uiteindelijk toch slaaf geworden van haar bank en de overgordijnen? Haar gardebode kon in elk geval anders, en ik wilde haar graag helpen. Ik zocht contact met Mariken Swildens van Studio Jan Kruis en zij nam de uitdaging aan.

Jans is mijn muze geworden. Ze is sympathiek, charmant, ambitieus, bekend, oer-Nederlands en surrealistisch. Tegelijkertijd presenteert Jans zich met haar onhebbelijkheden authentieker dan de meeste mensen van vlees en bloed.

muze

Op 21 april 2013 lanceert uitgever Sanoma De Jans, een personalitymagazine rond Jans Tromp. Mij wordt gevraagd een modereportage te maken met Jans. Veel outfits komen uit mijn echte modecollectie van dat moment. Eén van mijn illustraties prijkt op de cover.

 

 

Enkele televisieprogramma’s schenken aandacht aan deze surrealistische samenwerking. In het najaar verschijnt een paginagroot interview in onder andere het Leidsch Dagblad, de Gooi- en Eemlander en het Noordhollands Dagblad met als titel ‘Jans Tromp als muze’.

 

Voor het Jan, Jans en de kinderen Winter Feestboek van november 2013 teken ik een nieuwe modereportage.

 

lotje sjaal

Ik wil graag een ontwerp aan mijn collectie toevoegen, gebaseerd op de strip. Daarom ontwerp ik de Lotje sjaal met een uitgerekte versie van de teckel van de familie Tromp. In overleg met Libelle is de sjaal in eerste instantie verkrijgbaar in de kleuren petrol en roze, vervolgens ook in crème en gentiaanblauw. Zelfs Jan Kruis heeft een exemplaar! Als kers op de taart staat de sjaal op de achterkant van album 53.

tekenstijl

Rond de feestdagen van datzelfde jaar stuur ik Jan Kruis een brief met mijn tekeningen. Ik wil graag zijn mening weten. Hij schrijft mij terug: ‘De tekeningen van Jans vind ik erg interessant. Ik kom daar later nog op terug.’ In maart belt hij onverwachts op. Hij vindt mijn tekeningen ‘leuk’. Dat blijkt achteraf een groot compliment te zijn, want erg vleiend is hij in de regel niet. Verder geeft hij nog wat aanwijzingen. Het liefst zou hij Jans aankleden zoals ze er in de jaren zeventig uitzag, met bijvoorbeeld zo’n enorme kraag. Dat was de mode toen Jan Kruis mijn leeftijd had en hij de strip bedacht. In het voorjaar van 2014 komt de tweede editie van De Jans uit. In deze uitgave draagt Jans mijn zomercollectie van dat moment. De modereportage teken ik als soort schetsboek, als ode aan de charmante tekenstijl van Jan Kruis.

 

 


Italië wordt het thema van De Jans en ik mag een bijpassende cover tekenen. Dit is een deel van de originele tekening.

Tijdens een gesprek opper ik aan Franska Stuy, op dat moment hoofdredacteur van de Libelle, dat de rode kater een geweldige mascotte zou kunnen zijn voor allerlei (social) media van Libelle tijdens het wereldkampioenschap voetbal van 2014. Ze reageert enthousiast en ze vraagt me een paar illustraties en een stripje te maken. Ik voel me vereerd om, buiten de context van mijn modeontwerperschap, nu als een échte illustrator voor Jan, Jans en de kinderen te tekenen. De rode kater strip is gepubliceerd in album 54.

van ‘vinexvrouw’ naar modemuze

Fotograaf Jan Hoek maakt intussen voor de modespecial van Het Parool een reportage over modeontwerpers en hun muze. Hij heeft over mijn samenwerking met Jan, Jans en de kinderen gehoord en wil Jans fotograferen in mijn jurk. Eerst is het plan om een model tot Jans te transformeren met een pruik, kleiprotheses en make-up. Maar om Jans herkenbaar (en charmant) te houden, print ik mijn tekening van Jans’ gezicht levensgroot om er vervolgens een masker op een stokje van te maken. Jan Hoek start een zoektocht naar een gele Martin Visser-bank, precies zoals in de strip. Hij vindt een exemplaar op een zolderkamer in hartje Amsterdam. De schuine balken en de houten vloer geven de suggestie van de boerderij van de Tromps in Drenthe.

 

 

Jan Hoek nodigt mij uit om op 7 november te spreken op een bijeenkomst van Lost & Found. Dit zijn avonden waar kunstenaars (gevonden) materiaal presenteren dat niet goed past in een galeriecontext, werk dat nergens op zijn plek lijkt. Avonden van ‘verdwaalde beelden en geluiden’. Lost & Found over de avond: ‘Modeontwerper Michael Barnaart van Bergen zal mooi vertellen over hoe hij de nationale moeder Jans van Jan, Jans en de kinderen – ooit een stijlbaken, maar langzaam verworden tot vinexvrouw in onflatteus huispak – een nieuwe garderobe aanmat.’

 

In 2015 komt de derde en laatste De Jans uit. In losse tekeningen verspreid door het magazine draagt Jans mijn zomercollectie. Een tekening uit de eerste De Jans komt op de cover.

van modeontwerper tot stripfiguur

Rond mijn verjaardag ontvang ik een grote verrassing in mijn mailbox: een Jan, Jans en de kinderen-strip van Studio Jan Kruis waarin ik als stripfiguur mijn opwachting maak! Deze strip wordt op 15 augustus gepubliceerd in de Libelle en daarna ook in andere uitgaves van Jan, Jans en de kinderen.

Vlak na de publicatie transformeert mijn boetiek regelmatig in een soort klein Disneyland. Stripfans willen de winkel uit de strip in het echt bezoeken, de jurken van Jans zien en soms met mij op de foto. Of alleen een handtekening. De strip krijgt een ereplaats in de etalage, wat een leuk artikel in De Telegraaf oplevert.

 

uit de kast

Mariken Swildens van Studio Jan Kruis vraagt of ik in de schetsende stijl van Jan Kruis ook échte strips kan tekenen. De kracht van Jan Kruis’ charmante tekeningen wordt blijkbaar gemist.

De studio heeft Jan, Jans en de kinderen sinds de overname in 1999 naar een gladdere tekenstijl getransformeerd, zodat de avonturen van de familie Tromp door verschillende tekenaars makkelijker in één stijl voortgezet kan worden.

Na een test spreken we af dat ik acht strips teken die samen een ode vormen aan de beste strips van Jan Kruis. Het zijn grote schoenen om te vullen. Ik ontdek nu pas de begaafdheid van Jan: zijn tekentalent, het taalgebruik, de balans tussen vrijzinnigheid en geborgenheid, de kleine tekengrapjes op de achtergrond, de harmonie tussen de karakters, de souplesse waarmee hij zich in de familieleden kan verplaatsen en zijn briljante humor. Bij Studio Jan Kruis wordt gewerkt met scriptschrijvers en ‘inkleurders’. Ik mag zelf de scripts voor mijn strips bedenken, en ze tekenen én inkleuren. Eigenlijk zoals Jan Kruis dat vroeger ook deed. Daarbij wil ik de stijl van toen zo goed mogelijk benaderen. Om dicht bij Kruis’ werk te kunnen komen, besluit ik in mijn strips regelmatig aan zijn werk te refereren. Soms laat ik een outfit van vroeger terugkomen, citeer ik een tekening van Jan of krijgt een avontuur uit de jaren zeventig ineens een vervolg. Vanwege het verschil tussen de nieuwe stijl van Studio Jan Kruis en mijn ode aan de stijl van Jan Kruis blijken de strips moeilijk te publiceren en blijven ze op de plank liggen. Wachtend op het juiste moment

 

 

In verband met een tentoonstelling in Londen, waar mijn jurk opgesteld staat, ben ik op 18 januari 2017 keynote speaker in de residentie van de Nederlandse ambassadeur in de Britse hoofdstad. Ik vertel ook over mijn samenwerking met Studio Jan Kruis en de tijdloze aantrekkingskracht van Jan, Jans en de kinderen (Jack, Jacky and the juniors). De volgende dag blijkt Jan Kruis te zijn overleden.

Na het overlijden van Jan Kruis brengt Mariken Swildens mijn strips onder de aandacht bij Libelle’s nieuwe hoofdredacteur Hilmar Mulder. Ze is enthousiast. De strips worden als een speciale serie gepubliceerd in album 62, waarin ik word geïntroduceerd als gasttekenaar die een eerbetoon aan Jan Kruis brengt. Ik kom uit de kast als striptekenaar. Zouden mijn modeklanten het begrijpen? Zullen stripfans accepteren dat een modeontwerper af en toe gasttekenaar is voor een strip die praktisch Nederlands erfgoed is? Na de publicatie blijken die zorgen onnodig. Het raakt bij verschillende lezers een nostalgische snaar en mijn modeklanten vinden het leuk als hun jureken in de strip te zien zijn. Ontwerper Richard Hutten herkent zijn Dombo ‘domoor’-beker in één van mijn strips en plaatst trots een foto op Instagram.

Voor de albums 63 en 65 teken ik nieuwe strips. Met hartverwarmende reacties tot gevolg: ‘Michael Barnaart mag van mij alle strips van Jan, Jans en de kinderen tekenen. Weer ouderwets om de strips gelachen!’ Als kers op de taart krijg ik een vermelding op Lambiek.net (dat zichzelf ‘comiclopedia’ noemt) en verschijnt er een artikel in het magazine Stripnieuws.

 

Lees meer over: